Over mijn teksten
Onder het werk flitsen beelden en teksten door mijn hoofd. Soms is het van belang dat er bij het werk
wat verhelderd wordt. Soms komt er een gedicht. Ook de titel dringt zich dan vaak op.
Ik maak af en toe van een serie een boekje met inspiratiebronnen en het de werken. Enkele daarvan
zijn hier te zien en door te bladeren.
During the working process images and words tumble trough my head. Some works ask for an
explanation, sometimes it results in a lyric. Titles emerge while working.
Once in a while I put down in a booklet the genesis of a series. You can browse some of them in Boeken.
2019
The series ‘Tables’ from 2015 came back again. This time in oil painting on tiny cardboards. Maybe resulting in lager paintings. Work in progress.
2018
The series ‘Keys and Locks’ arose from a dark period.
2017
Packing materials are favorite with me and I find it hard to throw them out. For the series ‘Mood Swings’ I painted on both sides of protective corner pieces for frames. One side shows a high spirited mood, the other side is rather gloomy.
2017
‘Frisian Landscapes’ came to me in November after seeing the barren environments of Museum Belvedere near Heerenveen. Water, meadows and bare trees. On the way up I saw lots of windmills.at the horizon
2015. Collages.
In de zomer van 2015 werd ik geïnspireerd door de schilderijen van de Amerikaanse schilder
Eddie Martinez ( 1977 Connecticut). Op twee werken van hem die ik in het Kunstmuseum in Bonn
zag stonden tafels met een vrolijke verzameling voorwerpen. Ik begon in augustus aan een
serie collages waarop een tafelblad zich vulde met resten onvoltooid werk en snippers
materiaal die soms al 30 jaar bewaard waren. In december was ik gedwongen daarmee te stoppen
om de verhuizing van mijn atelier naar de huidige locatie voor te bereiden. Ik hoop spoedig
de draad weer op te kunnen pakken.
In August 2015, inspired by paintings of the American painter Eddie Martinez (1977 Connecticut) I started a series of ‘tables’ on which parts of unfinished works, shreds of materials collected as long ago as 30 years appeared. I had to stop in December to prepare the move of my studio. Hopefully I shall continue soon.
2014 Scheef schuurtje in Zaandam.
Scheef Schuurtje Zaandam, 2014, Acryl op doek, 30 x30 cm
Dit schuurtje is naar ik heb vernomen afgebroken nadat er voor de zoveelste wietkwekerij in
ontmanteld werd. Ook in 2011 heb ik beelden van deze loods schilderijtjes gebruikt.
Lopsided shed in Zaandam. Recently torn down after the umpteenth discovery of an illegal weed plantation.
2012 Botenloodsje.
Een teruggevonden potloodschets uit 1971, van een botenloodsje
in de buurt van de Stadiongracht en het IJsbaanpad in Amsterdam was het uitgangspunt. Het
gebouwtje stond tussen de spoortuintjes en is nu verdwenen. Het paradijsje van
zelfwerkzaamheid is nu een hoekje van een braaf sportpark geworden. Destijds vond ik de
deuren die op katrollen al het mooiste onderdeel. Hoe bouw je een dergelijk loodsje? Begin
je met gevonden huisdeuren en bouw je de rest erom heen? Of maak je een doos en daarna pas
de ingang? En wat voor boot bewaar je daarin? Een tuindersvlet of wat kano’s? In een serie
van 12 bladen heb ik opnieuw naar het loodsje gekeken en me beperkt tot de deuren en het
hellinkje ervoor en ik ben geëindigd met vier bladen met de titel:” Onderdelen die er toe
doen”. Dat waren voor mij de meest aansprekende beeldkenmerken: golfplaat, katrol, deur,
helling en schaduw, planken.
Boathouse. After rediscovering an old drawing from 1971 of an old boathouse at the outskirts of Amsterdam, nowadays replaced by expensive housing, I made a series about this type of sheds. I wondered about all the sheds I took photographs of in the last 30 years. As most of them were built by unskilled people, how do you start? With a plan or with found materials like doors? The series ended with what I took for myself tom be the essential items, titled “ Items that matter” , consisting of : corrugated steel, pulley, door, slope, shadow, shelves. (See my booklet in Boeken)
2010 Hondenzang
Tussen 1984 tot 1988, lang voor de nieuwe stadswijk Borneo-Sporenburg gebouwd werd, had ik
mijn atelier in Loods 6 op het KNSM-terrein. Er was toen nog enige havenactiviteit. Als je
auto te dicht bij de rails geparkeerd stond loeide de dieselloc je wel naar buiten.
Vrachtwagens met aanhanger kwamen om drie boomstammen uit Afrika op te halen. Het schors lag
daarna nog weken als grote schillen op het terrein tot het tot pulp gereden was door ander
vrachtverkeer. Chauffeurs uit Oostbloklanden bivakkeerden in en om hun wagen. Ze kookten op
primitieve toestelletjes en aten vooral meloenen, en ze scheten in het plantsoen van Mien
Ruys. Op de kop van het eiland overwinterde elk jaar een klein circus. De caravans stonden
ìn de loods. Iedereen had een tuintje voor zijn wagen, met witte kiezel, nepgras en een
kunstkerstboom. Er was binnen een leeuwenkooi en tientallen opgewekte honden liepen er
bedrijvig rond. Buiten stond een dromedaris als een geit aan een paaltje. De bus reed
ongeveer 1 keer per drie kwartier. Op de hoek van de Verbindingsdam stonden een paar
reusachtige woonhuizen van het voormalig personeel. Tegen de achtergrond van de nieuwbouw
lijken het nu wel poppenhuizen.
Op een druilerige zaterdagmiddag in november ergens rond 1984, karde ik tegen op een
zaterdagnamiddag tegen 5 uur in mijn Minicooperbestel over de Rietlanden richting
Entrepotdok en naar huis. De weg was heel erg hobbelig, met veel kuilen en kinderkopjes
waardoor mijn laag autootje heerlijk danste. De weg voerde tussen steenkolenbergen door en
je moest goed opletten dat je de juiste afslag nam anders reed je je vast in een
bedrijfsingang. Er was nergens iets aangegeven, een heerlijke rafelrand. Een vuil
niemandsland, zoals je nog wel een ziet in de buurt van Charleroi. En daar zag ik een man
met een smoezelige, witte houten handkar, en in dat druilerige weer verkocht hij pens aan de
bewakers van de bedrijven achter die hoge hekken waar altijd enge honden blaften. Zelf had
hij een loslopende Duitse herder bij zich.
Een plaatje uit een andere eeuw. Geen camera bij me natuurlijk.
Toen las ik in september 2009 in de Volkskrant in een serie over inspiratiebronnen de
opmerking van Guus Jansen over Roger Raveel: “je kunt nooit meer spreken of denken aan een
witte hondenkar in de mist”. Natuurlijk moest ik er wel aan denken want dat beeld kwam bij
mij bij tijd en regelmatig bovendrijven. En daarna moest ik dat beeld toch echt gaan
schilderen want het bleef me maar lastig vallen.
Dog songs. I could not help it, but this is what both sound and experience evoked in my head. In 1984 I had my studio in the old harbor, now a paradise of new buildings and lofts. Driving home one Saturday afternoon in November, in drizzle, on a road trough heaps of coal I encountered a man with a pushcart. He sold tripe to companies along this road to feed their watchdogs. It was a scary sight but I was safely seated in my car. At the same time this view was so outdated I imagined myself in another reality. In 2010 I read in an interview the sentence “you never can never ever speak or think of a white dog cart in the fog...” and the image sprang to my consciousness. And I had to paint it to get rid of it.
2010 Winter in Uithoorn
I was seated in the silence of my studio.
Spring came in through the window. A blackbird sang.
The radio played Bach again again again,
so it had to be Easter soon.
Painting when ordered about spring is hard,
my mind still dwells in winter mode.
The yellow, pink and green feel awkward
as subtler greys still surface in my mind.
A sage once said; you can’t stall spring
by cutting buds from the trees.
Why has my winter not finished yet?
Els Bannenberg 19-3-10
Winter in Uithoorn.
Uithoorn is a small village south of Amsterdam at the river Amstel. A nursery in winter
inspired me to make a series in grey, green and murky browns. See my
booklet at Boeken.
2010 Voorjaar.
In mijn tuin spat het leven uit de grond. ’s Ochtens een puntje
groen, ’s avonds al een opgerold blad. Wat jammer dat ik er niet naast zit maar in mijn
atelier. Subtiele veranderingen en toch grote verschillen.
Spring. In my garden life bursts from the earth. In the morning some green tip, at night a complete coiled up leaf. What a pity I am not seated next to it instead of being busy in my studio. Subtle changes and yet big differences.
2010 Pont naar het centraal station.
Varend door mist en natte sneeuw op een novembernamiddag
een blik op de nieuwbouw van het Westerdokseiland.
Het gebouw van de waterpolitie werd kort daarna afgebroken.
Ferry towards Central Station in Amsterdam in November. A view through fog and sleet on the new buildings called Westerdokseiland.
2009 Afbraak Lodewijk Boisotstraat.
In 2008 werd een heel blok huizen afgebroken in de Baarsjes (Amsterdam). Omwonenden zaten
wekenlang in het stof maar er kwamen prachtige muren te voorschijn. Alsof alle bewoners de
kleur van hun interieurs op elkaar hadden afgestemd. Een bewoner had een streepjescode in
zijn huiskamer!
Langzaam zakten muren, vloeren en schoorsteenkanalen achter stofwolken in puincontainers
Demolition of the Lodewijk Boisotstreet in Amsterdam. After tearing down a whole block of social housing a beautiful inside was uncovered. As if the former tenants attuned their colors of the walls to one another. One of the tenants had a bar code on his wall.
2006 Dag LENTE
Vorig jaar nodigde een oude collega me uit op zijn volkstuin aan de rafelrand van de stad.
Het was eind februari en koud. We zaten bij de allesbrander in het kleine houten huisje,
ooit zelf gebouwd, dat hij ook als atelier gebruikte. We keken uit over het water naar de
nieuwe flats in rode en zwarte baksteen die dreigend dichterbij leken te komen.
Kort geleden was hij tweeënzeventig jaar geworden. Hij vertelde dat hij tot zijn spijt de
tuin niet langer kon onderhouden. Ook voelde hij de duizenden ogen uit de nieuwe flats die
op zijn tuin waren gericht en dat verlamde hem bij het schilderen.
De tuin, gelegen tussen de vaart en het spoorwegtalud, was ooit nog van zijn vader geweest.
Die had hem tachtig jaar geleden kunnen pachten van zijn werkgever, de spoorwegen. De oude
schilder had er alle zomers van zijn jeugd doorgebracht. Zijn ouders woonden er dan
praktisch een half jaar en hij moest alleen wat langer naar school fietsen.
Met de thee en de jenever kwamen de herinneringen. Een ervan trof me heel erg.
Toen hij zes jaar was had zijn vader samen met hem in het gras tegen het spoorwegtalud met
sneeuwklokjes het woord LENTE geplant. Hij kon het zich nog goed herinneren. Dit was zijn
allereerste echt geschreven woord geweest dat een betekenis voor hem had gehad, na de
woordjes die hij nog maar net op school had leren schrijven.
Elk jaar kwam dit woord als eerste te voorschijn als witte spikkels in een grijsgroene
achtergrond. Na vele jaren leek het hem alsof de letters steeds dikker werden en daarna
zelfs wat vager. Zijn vader moest daar erg om lachen en noemde dat een hobbelpaardcomplex:
vroeger was alles groter, of kleiner, of beter.
Maar toen hij na de dood van zijn vader met de tuin mocht doorgaan wist hij zeker dat het
woord langzaam was verdwenen. Het grasveld was aan het eind van de winter een witte zee van
sneeuwklokjes en van het woord LENTE was geen spoor meer te zien.
Toen zijn eigen zoon zes jaar was wilde hij hem deze magische ervaring niet onthouden. Die
zomer groef hij alle bolletjes op en in de herfst plantte hij opnieuw met zijn zoon het
woord LENTE. Het mirakel herhaalde zich en zijn zoon verheugde zich er ieder jaar op.
Geheel in de geest van de jaren ’70 en geïnspireerd door Land-art en de witte schilderijen
van Robert Ryman maakte mijn vriend elk jaar prachtige foto’s van LENTE. Na verloop van
jaren werd inderdaad zichtbaar dat het woord uitdijde en uiteindelijk steeds vager werd.
Geduld vertaalde zich in een prachtige serie foto’s en schilderijen die jaren en jaren
besloeg.
Het was al schemerig toen hij met me naar de tuinpoort liep. In de laatste zonnestralen van
die dag zag ik een witte wolk boven de grond hangen. Heel vaag in de wolk las ik nog
LENTE.
Nu heeft het stadsdeel het besluit genomen dat alle spoortuinen moeten verdwijnen. Er wordt
een zes meter breed fiets- en wandelpad aangelegd langs het spoor zodat de moderne
stedelingen snel de vrijetijdszone verderop kunnen bereiken.
Dag LENTE.
Els Bannenberg 2006
Hello Spring.
I was inspired by the word SPRING written in snowdrops on the slope of a dike near
Monnikendam and made up a story. An artist friend had his young child write LENTE in the
garden of his allotment where he works. After 30 years or more the garden now is overgrown
with snowdrops and the word has gone. The old artist has to leave the allotment as this part
of town is being redeveloped.
"2006 Deze onhoudbare situatie duurde 400 jaar."
Wat er in dit werk gaat gebeuren is volstrekt onzeker. Verloop en afloop van de situatie
houden zich niet aan de wetten van de alledaagse logica.
Gaan de ronde vormen de driehoek raken? Gaan ze de driehoek kantelen of scheren ze er langs?
Gaan ze wel bewegen, en wanneer dan? Is er al beweging geweest? Deze onzekere en daardoor
onhoudbare situatie geeft geen aanknopingspunten voor een oordeel. Dit werk wil er geen
antwoord op geven. Onzekerheid moet geaccepteerd worden als deel uitmakend van het leven.
Vragen die onrust te weeg brengen en waarop misschien nooit een antwoord komt mogen gesteld
worden. Geruststelling wordt niet gezocht. Onbevangenheid en nieuwsgierigheid worden op
prijs gesteld.
De vierde dimensie wordt door velen als "tijd" gedefinieerd. Anderen vinden dat tijd "niets"
is en slechts gebeurtenissen belangrijk zijn.
Het is niet vanzelfsprekend dat de cirkels kunnen bewegen of hebben bewogen en dat de
driehoek het permanente element is dat misschien door de cirkels uit zijn evenwicht gebracht
kan worden. Er bestaat in dit werk niet zoiets als een hiërarchie van onverzettelijkheid
tussen de elementen. Waarom zou de driehoek niet bewegen en de cirkels al dan niet raken en
van plaats laten veranderen?
Of er een eindpunt aan deze situatie bestaat is een vraag die niet beantwoord kan worden
omdat het niet gaat om de afloop. Deze beweging bevindt zich niet tussen twee mijlpalen.
Daarom wordt deze configuratie wellicht onrustbarend, dan wel beweeglijk ervaren.
Met dank aan Reinier Schlichting voor gebruikmaking van delen uit zijn artikel: “Modern
en postmodern: veranderingen in beeldende kunst en sociologie.”
De titel is een citaat uit een beschrijving van een episode uit de Chinese geschiedenis.
“This untenable situation lasted 400 years.” Citation from a description of an episode of the Chines history.
In 2004 Naar Den Helder doorsnijdt de trein in diagonalen de akkers en vaarten van de verkaveling uit vroegere tijden. Het stro op de bollenvelden glanst als goud in de winterzon. De vroege tulpen wordt de nek omgedraaid en hun kopjes liggen als een bloedplas aan de rand van het veld op een hoop.
naar Den Helder
bollenvelden
water en zand
de trein
klieft vlakken
achter mij
verdwijnt het land
kleurendronken
reis ik naar de rand.
Els Bannenberg, 2004
To Den Helder. Traveling by train up north to ‘lands’ end’ in spring one plows diagonally trough land parceled centuries ago. Nowadays it is the land of tulip fields all over. In winter straw covers s parts of the barren land and lights up like gold. Early tulips are being head hunted and their remains lay like pools of blood at the corners of the fields.
2004. Tafellandschap.
Waarom is een gedekte tafel voor aanvang van het diner zo mooi? Messcherpe vouwen maken
kleine schaduwen. Lege borden roepen verwachtingen op.
Na het diner is het landschap uitgewoond als een park op zondagavond in de zomer.
A table before dinner is like an unknown landscape. Sharp folds and shadows in the cloth and empty saucers invoke expectations. After dinner the landscape is worn down like a park after a beautiful sunday in summer.
2000. Exit is een serie over een gebouw dat van bovenaf gezien wordt. Er ligt een rotonde omheen. Het is een uitvaartcentrum.
Exit. I made a large series about a funeral parlor in the middle of a roundabout, seen from above.
2000. Ruimte en Tijd is gemaakt naar aanleiding een uitspraak van de wiskundige Edward Witten over de superstring-theorie in de VPRO-serie “Van de Schoonheid en de Troost” uit 2000.
Space and Time has been made after a quotation of Edward Witten in which he explained the string theory.
1996. Topografie gaat over verkavelde landschappen.
Topography is about the allocation of landscapes.
1996. De Zeilbotenrace op het IJsselmeer (een serie tekeningen en schilderijen) ontstond op een hete zondagochtend in Uitdam toen het uitzicht op Almere gedomineerd werd door een reeks driehoeken.
Regatta on a hot Sunday morning on the IJsselmeer. Between Uitdam and Almere the lake was covered with white triangles.
1995. Zandgroeve en Zilverzandgroeve zijn herinneringen
uit mijn jeugd op de Heksenberg, een gehucht tussen kolenmijnen en zandgroeves.
Sand pit and silver sand pit are memories of my youth between sand and coal pits in the mining district in the south of the Netherlands.
1994-1995. Landschap met Korenveld
Landschappen en Klaprozenveld ontstonden na beelden uit East Anglia waar na de Europese
landbouwmaatregelen in de jaren ’90 een percentage landbouwgrond uit productie werd genomen.
Rondom de immens grote akkers begonnen onmiddellijk klaprozen te bloeien.
These landscapes I got inspiration for in East Anglia in the early nineties. After new European rules agricultural area was taken out of production. The poppies flourished immediately.